Adornes was here

In Brugge start een uitgebreid feestprogramma voor Anselm Adornes, geboren in 1424. Hij was een vooraanstaande textielmagnaat, maar ook een vertrouweling van het Bourgondische hof, een diplomaat én een reiziger, die met open vizier naar Jeruzalem en het Midden-Oosten trok. Zijn 600e verjaardag wordt gevierd met een tentoonstelling, een lijvig boek en een reeks concerten en lezingen.

Zeventien generaties later

Het is een van de mooiste en stilste hoekjes van Brugge, nog niet overspoeld door toeristen: het Adornesdomein, met als blikvanger de Jeruzalemkapel uit de 15e eeuw. De familie Adornes kwam in de middeleeuwen uit Genua naar Brugge. Honderden jaren later is het domein nog altijd in familiebezit, legt Véronique de Limburg Stirum uit: “Mijn man Maximilien is een telg uit de Adornesfamilie, 17 generaties verder dan Anselm Adornes.”

Om je in te leven in dit eeuwenoude familieverhaal, is de hoogst originele, 15e eeuwse Jeruzalemkapel de beste plaats. Die werd door Anselm Adornes ingericht naar het model van de Heilig-Grafkerk in Jeruzalem, na zijn terugkeer van een lange bedevaart.

Pal in het midden staat – pas gerestaureerd – het gigantische praalgraf van Anselm Adornes en zijn vrouw Margareta van der Banck. Het paar kreeg 16 kinderen. Klein detail: enkel het hart van Anselm ligt hier begraven; zijn lichaam is in Schotland gebleven, waar hij in 1483 werd vermoord.

Vivre noblement

Een Bruggeling van Italiaanse afkomst, die gewaagde reizen onderneemt, maar in Schotland aan zijn einde komt? Het levensverhaal van Anselm Adornes leest als een avontuurlijke roman. 

“Hij hoorde duidelijk bij de toonaangevende klasse van de maatschappij”, zegt Noël Geirnaert, voormalig hoofd van het Brugse stadsarchief. “Hij was bezig met het stadsbestuur en de stedelijke financiën, had goede relaties met de hertog van Bourgondië, stond aan het hoofd van een belangrijke textielververij.”

De Adornesclan voelde zich als een vis in het water in de internationale handel, de bankierswereld, de commerciële elite van Brugge die in de 15e eeuw heel internationaal was, verduidelijkt Jan Dumolyn, hoogleraar middeleeuwse geschiedenis aan de UGent. “Het is een typisch voorbeeld van een handelsfamilie die op zeker moment adellijk wordt door sociale mobiliteit. Deze Jeruzalemkapel toont hun ambitie om op te klimmen en symbolisch sociaal prestige uit te stralen.”

Anselm leefde als een edelman, een ridder, met alles erop en eraan. “Toernooien, wapenschilden, een eigen bidplaats, een grafmonument en de belofte in zijn testament om geld aan de armen te geven. Het was ‘vivre noblement’, de levensstijl van iemand met heel groot aanzien”, zegt Dumolyn. 

Van Schotland tot het Heilig Land

Anselm Adornes maakte ook interessante reizen, die uitgebreid aan bod komen in de tentoonstelling in Brugge. Richting Schotland, bijvoorbeeld, en dat had alles te maken met zijn eigen business. Hij slaagde erin om een boycot van de wolhandel te doorbreken. Tot grote vreugde van de Schotse koning en van zijn geboortestad Brugge. Ironie van het lot: uiteindelijk werd Anselm jaren later in Schotland vermoord door tegenstanders van de koning

Zijn grootste en langste reis bracht Anselm, samen met zijn zoon Jan, naar het Heilig Land, naar Jeruzalem. Met vele tussenstops in Italië. De bedevaarders bleven 14 maanden weg. In de tentoonstelling zijn schitterende voorwerpen te zien die getuigen van hun reis: een fijn gesculpteerd houten kruis of een zilveren reliekhouder met steentjes van het heilig graf in Jeruzalem. Objecten uit de familieschat die anders nooit te zien zijn.

Ook onderweg ging hun aanwezigheid niet zomaar voorbij. In het beroemde Sint-Catharinaklooster in de Sinaïwoestijn, nu Egypte, is nu nog de naam van Adornes te lezen, gekapt in een steen bij de refter. “Adornes was here”, zou je in hedendaagse termen kunnen zeggen.

Uit het dagboek dat zoon Jan bijhield, blijkt dat de pelgrims open en geïnteresseerd op weg gingen. “Ongelooflijk boeiend”, vindt Véronique de Limburg Stirum. “Hun gevoelens en angsten zijn zeer hedendaags, maar hun bewondering voor andere culturen is indrukwekkend. Ook voor ons nu is Anselm een inspiratiebron. Hij toont hoe belangrijk het is om tot tolerantie te komen. Zeker met wat er nu gebeurt in het Midden-Oosten.”

“Armen en handen van mannen en vrouwen zijn vaak beschilderd en versierd met allerlei figuren. Ik kan niet begrijpen hoe die beschilderingen gefixeerd worden, want ze verdwijnen niet bij het wassen of door de tijd”, is te lezen in het reisdagboek, toen Adornes in Tunis was. Hij verbaasde zich dus over hennatattoos, die we nog altijd kennen.  

Historicus Jan Dumolyn heeft bewondering voor de vernieuwende ideeën van Adornes. “Hij was een humanist, toen dat nog heel pril was in onze gewesten. Hij verzamelde interessante nieuwe literatuur, volgde de ontwikkelingen in de wetenschap. Ook cultureel en intellectueel is dit een interessante familie.”

En intussen gaat het historisch onderzoek voort. “Daar zijn we al van de jaren 80 mee bezig en het zit de laatste jaren in een stroomversnelling”, zegt Noël Geirnaert, “door archeologische opgravingen, maar ook door vergeten gewaande documenten die naar boven komen”. Een kluif voor geschiedkundigen, die kosmopolitische Adornes-familie.   

De tentoonstelling ‘Glorie en tegenslag van een 15e eeuwse reiziger‘ loopt van 13 april 2024 tot 4 januari 2025 in het Adornesdomein in Brugge. Op 24 april verschijnt het boek ‘Een hemels Jeruzalem in Brugge’ van een hele reeks auteurs, onder leiding van Jan Dumolyn en Noël Geirnaert. Van 9 tot 12 mei staat de muziek uit de tijd van Adornes centraal tijdens het Gold-festival van Concertgebouw Brugge. Lees dit artikel ook op vrtnws.be.

Kleine, maar fijne musea

Tips voor thuisblijvers: vijf kleine, minder bekende musea die toch de omweg waard zijn. Beluister de radioreportages uit “De Ochtend” (Radio 1) hier.

Het Adornesdomein in Brugge is een echte middeleeuwse verborgen parel. Adornes was een Italiaanse handelsfamilie die zich een slordige 800 jaar geleden in Brugge vestigde en daar tot de upperclass ging behoren. 17 generaties later is het domein nog altijd in handen van afstammelingen van Adornes, de familie de Limburg Stirum. De bizarre 15-eeuwse Jeruzalemkapel is zeker een bezoek waard; Anselm Adornes liet die bouwen na een avontuurlijke pelgrimage naar het Heilig Land.
In de oude godshuizen leer je meer over de geschiedenis van de familie; er is ook hedendaagse kunst te zien van Maaike Leyn. “Je komt hier binnen in de intimiteit van een authentiek middeleeuws familiaal landgoed,” klinkt de uitnodiging van gravin Véronique de Limburg Stirum. Het Adornesdomein is elke dag open, behalve op zon- en feestdagen, van 10 tot 17 uur. 

Niet van van het Zilvermeer in Mol ligt het gehucht Sluis en daar vindt u het Jakob Smitsmuseum. Jakob Smits was een Nederlandse schilder die het landschap en de gewone mens zocht en vond in de stille Kempen. Op de stemmige zolder van het museum is deze zomer ook een uitzonderlijke collectie tekeningen van Eugeen Van Mieghem te zien, uit de nalatenschap van Smits. “Van Mieghem tekent dynamisch, Smits verstild, maar allebei waren ze sterk sociaal bewogen,” zegt Piet Deceuninck van het Jakob Smitsmuseum. Het is open van woensdag tot en met zondag tussen 13 uur en  17 uur.

Een groentemuseum, dat moet wel in Sint-Katelijne-Waver liggen, de tuinbouwstreek bij uitstek.  In ’t Grom vindt u levend erfgoed en oude groentesoorten. Het is een gerenoveerde achttiende-eeuwse beschermde langgevelhoeve met schuren en tuinen die ooit behoorde aan de Abdij Roosendael. Van de historische museumtuinen met groenten én bloemen spatten de kleuren af.  ’t Grom is bij uitstek geschikt voor een bezoekje met kinderen. Onder de grond kijken hoe wortels groeien en tijdens zomerkampjes groenten oogsten en klaarmaken? Het kan in Sint-Katelijne-Waver, een oase van rust vlakbij de bewoonde wereld. Open van dinsdag tot en met vrijdag van 10 tot 16 uur; op zon- en feestdagen van 13 tot 17 uur.

Het Mundaneum in Bergen kunnen we beschouwen als de voorloper van onze zoekmachines, een “Google van papier”. Twee visionaire mannen uit het begin van de 20e eeuw liggen er aan de basis van: Paul Otlet en Henri La Fontaine, allebei pacifist en liefhebber van de wetenschap. Ze verzamelden de gegevens van miljoenen boeken en artikels en zorgden ervoor dat die informatie opzoekbaar was met een cijfersysteem. De originele “fichebakken” en een hoop uitleg over de revolutionaire uitvinding vind je in een voormalig art-deco warenhuis in hartje Bergen. Open van woensdag tot en met vrijdag van 13 tot 17 uur; in het weekend van 11 tot 18 uur. Er loopt ook een leuke expo met prenten over België doorheen de geschiedenis.

De kronkelende Leie in Oost-Vlaanderen inspireerde altijd al veel kunstenaars. Geen wonder dat er interessante musea zijn. In het Museum Dhondt-Dhaenens in Deurle, het Museum van Deinze en de Leiestreek en in het Roger Raveelmuseum loopt deze zomer de “Biënnale van de Schilderkunst“, met oudere en gloednieuwe werken die met elkaar dialogeren en/of botsen. Toepasselijk thema in coronatijden: “Binnenskamers”. Open van dinsdag tot en met zondag. Om van het idyllische landschap te genieten is deze fietsroute warm aanbevolen.